De auteurs, een antropoloog (Filip De Boeck) en een architect, gaan in conversatie met een aantal Kinois, inwoners van Kinshasa, hoofdstad van de Democratische Republiek Congo, en één van de grootste metropolen van sub-saharisch Afrika. Aan de hand van een viertal gesprekken met twee schrijvers (Lombume en Yoka), een psychiater (N'Situ) en een mensenrechtenactivist (Nlandu) wordt gereflecteerd over de specifieke aard van stedelijkheid in de context van Centraal Afrika. In deze gesprekken wordt de stad niet alleen verkend aan de hand van haar materiële verschijnen, haar falende infrastructuur en aarzelende technologie, de fysieke verschijningsvorm van haar crisis. De teksten tonen de stad ook en vooral als mentale ruimte, en tekenen de geografie van een specifiek stadsimaginaire dat vorm krijgt doorheen een veelal immateriële stadsinfrastructuur van lichamen en woorden. De stad wordt hier besproken en verbeeld in relatie tot het lichaam, seksualiteit, geld, dood en waanzin.

Naast een DVD met de vier gesprekken (in Kinshasa geregistreerd door Filip De Boeck en Koen Van Synghel in februari 2004), bestaat dit boek verder uit een inleidend essay van beide auteurs, de tekst van de vier interviews, evenals een literaire tekst waarin de schrijver Lombumé Kalimasi zijn relatie tot Kinshasa beschrijft.